Nieuws
Artikel - 17 december 2019
‘We hebben elkaar nodig’
Minisymposium 15 jaar Vereniging Afvalbedrijven
Bij een jubileum hoort een feestje. Na het minisymposium op 12 december 2019 in Den Haag heffen een kleine honderd mensen het glas. Ze proosten op vijftien jaar Vereniging Afvalbedrijven. Het brede gezelschap van leden en bevriende organisaties laat zien dat de vereniging waarde hecht aan samenwerking. Samen sta je immers sterker.
De Vereniging Afvalbedrijven is vijftien lentes jong. Wat al die tijd onverminderd hoog bleef, zelfs toenam, is de maatschappelijke urgentie. Minder verspillen, meer hergebruiken: de opdracht waar de sector en de samenleving voor staan. Een dag voor het minisymposium presenteert Frans Timmermans zijn Europese Green Deal: in 2050 heel Europa CO₂-vrij. “Wat we nodig hebben zijn revolutionaire doelen. In Nederland zeggen we: halvering van ons grondstofgebruik in 2030 en honderd procent circulair in 2050”, vertelt Wytske van der Mei van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat tijdens de paneldiscussie.
De Vereniging Afvalbedrijven viert het vijftienjarig jubileum met een kleine honderd leden en bevriende organisaties (fotografie: Elisa Smook Photography)
Evolutie of revolutie?
In de zaal zit een gemêleerd gezelschap. Merendeel mensen van afvalbedrijven, maar ook van bevriende organisaties, waaronder ministeries, kennisinstellingen en collega-brancheorganisaties. Gemene deler is hun band met de Vereniging Afvalbedrijven. Programma van vandaag: een inleiding, drie pitches en een paneldiscussie, waarbij de zaal met de mobiele telefoon mag meestemmen op stellingen. De stelling waarop Van der Mei reageerde, luidde: de transitie naar de circulaire economie vergt een revolutie. De zaal stemt verdeeld, een ex aequo. De helft, waaronder Elbert Dijkgraaf van de Erasmus Universiteit Rotterdam, voorziet geen revolutie, maar een evolutie. “De kracht van de afvalsector is dat ze systemen telkens verbeteren. Iedereen leert van elkaar. Dat heb je nodig om vooruit te komen”, aldus Dijkgraaf, één van de vijf panelleden.
Elbert Dijkgraaf (Erasmus Universiteit Rotterdam):
‘Iedereen leert van elkaar. Dat heb je nodig om vooruit te komen.’
Gispen verzorgt circulaire inrichting
Gispen, een circulaire projectinrichter, laat zien dat gerecyclede materialen basis zijn voor circulaire producten. NS-treinen, een bankkantoor, kantoren van ministeries: het bedrijf zorgt voor circulaire styling en meubilair. “Er is iets revolutionair gebeurd waardoor we evolutionair circulair zijn geworden”, vertelt Sarah Schiffer van Gispen, één van de vijf panelleden. De revolutie waar ze op doelt is een aanbesteding van de overheid voor circulair kantoormeubilair. “Dankzij de tender, die we wonnen, waren we er vroeg bij. We richten nu alle kantoren van de ministeries in.” Ketensamenwerking vindt ze essentieel. “We zijn een soort marktplaats. Er komt veel retour van producten van klanten. Al die materialen hergebruiken we in nieuwe producten.”
Sarah Schiffer (Gispen):
‘Dankzij de overheidstender voor circulair kantoormeubilair waren we er vroeg bij.’
Bij elkaar horen
De locatie – de Remise in Den Haag – stemt nostalgisch. Het jubileum vindt plaats te midden van historische trams. Net als de tram met de strippenkaart is de afvalsector veranderd. Boris van der Ham, voorzitter van de Vereniging Afvalbedrijven, blikt als eerste spreker terug op de roerige start. De vijftienjarige, gesmeed uit verschillende bloedgroepen, kwam volgens hem met horten en stoten op gang. “Inzamelaars, recyclers en verwerkers: in 2004 kozen ze voor samenwerking. Inzamelen, recyclen, verbranden, storten, riolering: we horen bij elkaar en hebben elkaar hard nodig.” Het huidige resultaat vervult hem met trots. “In vijftien jaar tijd zijn we professioneler, innovatiever, internationaler en kundiger geworden.”
Boris van der Ham (Vereniging Afvalbedrijven):
‘Inzamelen, recyclen, verbranden, storten, riolering: we horen bij elkaar.’
Volop innoveren
“Innoveer, smeed samenwerkingsverbanden. Wij hebben de knowhow in huis”, roept Van der Ham de zaal op. Hoe innovatief de afvalsector is, blijkt uit drie pitches. Robert Corijn van Attero toont de flowchart van de goednieuwe Polymeren Recycling Plant in Wijster, een state-of-the-art fabriek om folies op te werken tot regranulaat. “Alles op onze locatie grijpt in elkaar en werkt samen. Zo leveren onze afvalenergiecentrales en waterzuivering de benodigde warmte”, legt Corijn uit. Timmermans sprak afgelopen voorjaar lovende woorden bij de opening. “I’m deeply inspired”, zei de Eurocommissaris.
In vijftien jaar tijd is de afvalsector professioneler, innovatiever, internationaler en kundiger geworden (fotografie: Elisa Smook Photography)
Kracht van samenwerken
Vol trots vertelt Roland Amoureus van Renewi even later over de kersverse fabriek in Son, die sinaasappelschillen verwerkt tot etherische oliën en reinigingsmiddelen. Een 100% circulaire oplossing, die volgens hem de kracht van samenwerking aantoont. In dit geval met Jumbo en PeelPioneers. “Samenwerken is noodzakelijk om de circulaire economie op gang te brengen”, stelt hij. Eén van zijn andere voorbeelden: recycling van matrassen, waarvoor Renewi samen optrekt met RetourMatras. “Met de nieuwe fabrieken zijn we in staat om de 1,3 miljoen afgedankte matrassen die jaarlijks op de markt komen te verwerken en de metalen, textiel en foam daadwerkelijk circulair te maken.”
Innovatie: benutten CO₂ uit restafval
In één van de drie innovatie-pitches laat Jasper de Jong van AVR zien dat de sector niet alleen een rol speelt bij de transitie naar de circulaire economie, maar ook een bijdrage levert aan klimaatbescherming. “Bij onze afval- en energiecentrale in Duiven staat sinds dit jaar een CO₂-afvanginstallatie. De installatie ‘vangt’ 85 procent van CO₂ uit onze rookgassen”, vertelt De Jong. Met het afgevangen CO₂ kun je twee dingen doen: in de grond stoppen of benutten. AVR kiest ervoor om CO₂ nuttig te gebruiken. “We zetten ons CO₂ als vloeibaar gas af in de omliggende glastuinbouw. Groenten, bloemen en fruit groeien beter op extra CO₂. Tuinders verstoken normaliter gas om CO₂ te produceren, ook ’s zomers. In de zomerperiode leveren we 60 kton CO₂, goed voor een besparing van 35 miljoen kuub aardgas. Voor de overige periode zoeken we momenteel samen met universiteiten naar kansen om ons CO₂ te benutten.”
Producenten aan zet
Tijdens de paneldiscussie onder leiding van Robert Daverschot, spoort Jelmer Vierstra van Natuur en Milieu de afvalsector aan tot meer assertiviteit. “Neem als voorbeeld verpakkingen die niet recyclebaar zijn. Zeg als afvalsector dan eensgezind: jullie producenten moeten anders ontwerpen. Wij gaan dit niet voor jullie in de afvalfase oplossen.” Ketensamenwerking komt vandaag meerdere keren ter sprake. “Vind elkaar in de keten”, geeft Van der Mei van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat de zaal mee. Producenten zijn volgens haar aan zet. “Productenverantwoordelijkheid vind ik een krachtig instrument. We zijn bezig met de invoering voor de stromen matrassen en textiel. Regelgeving kan fungeren als bezemwagen voor bedrijven die niet mee willen in de koplopersgroep.”
Wytske van der Mei (ministerie van Infrastructuur en Waterstaat):
‘Regelgeving kan fungeren als bezemwagen voor bedrijven die niet mee willen in de koplopersgroep.’
Beprijzen van milieuschade
Panellid Wieger Droogh van SUEZ noemt productenverantwoordelijkheid ‘fantastisch’, maar plaatst een kanttekening. “Je creëert een push-model, terwijl we toe moeten naar een pull-systeem, waarbij een marktvraag naar secundaire grondstoffen ontstaat. De afvalsector loopt aan tegen het ontbreken van een afzetmarkt. Met een grotere vraag naar recyclaten krijgt de circulaire economie pas echt een vliegwiel.” Vierstra benoemt nog een andere bottleneck, namelijk het hogere prijskaartje. “We zien dat circulair ondernemen vaak duurder is dan lineair ondernemen. Aan het veroorzaken van milieuschade hangt slechts beperkt een prijs. Het beprijzen van milieuschade, bijvoorbeeld een CO₂-tax, zal de recyclingmarkt een enorme boost geven.”
Jelmer Vierstra (Natuur en Milieu):
‘Het beprijzen van milieuschade zal de recyclingmarkt een boost geven.’
Drie stellingen
Tijdens het minisymposium stemmen de deelnemers met hun mobiele telefoon op drie stellingen. De stelling ‘Voor de transitie naar de circulaire economie is een revolutie nodig’ blijft onbeslist. De ene helft is het ermee eens, de andere helft niet. Dezelfde uitslag krijgt de stelling ‘Alleen met duurzaam produceren en consumeren creëren we een circulaire economie’. Het woord ‘alleen’ doet mensen twijfelen. “We hebben ook als afvalsector een rol te vervullen. We moeten onze eigen verantwoordelijkheid pakken”, reageert Wieger Droogh van SUEZ. De laatste stelling, namelijk ‘Internationale grondstoffenmarkten zijn het meest bepalend voor recyclinginitiatieven in Nederland’, heeft wel een duidelijke winnaar: 65 procent stemt eens. De score geeft aan dat de recyclingsector opereert in een Europese, en vaak mondiale, markt.
Wieger Droogh (SUEZ):
‘Met een grotere vraag naar recyclaten krijgt de circulaire economie echt een vliegwiel.’
Auteur
Addo van der Eijk - @copyright
Relevante links
- Bekijk de foto's 15 jaar Vereniging Afvalbedrijven